De ontmoeting met Dhr. Van Koeverden
Op 3 juni 2016 woonde ik een symposium bij, samen met enkele andere leden van het POW Research Network Japan, dat werd gehouden in het museum van het NIOD in Amsterdam. Dit was om te praten over de POW (Prisoner of War, Krijgsgevangen) kampen, die door Japan waren ingericht tijdens de 2e wereldoorlog. Ik hield een lezing getiteld “Nederlandse burgers die geïnterneerd waren in Japan tijdens de 2e wereldoorlog”. Na mijn lezing zei een Nederlander in het publiek, dat zijn vader op het hospitaalschip ‘Op ten Noort’ gevangen was genomen door Japan, naar Japan was gebracht en geïnterneerd werd in het Miyoshi kamp. En dat hij meer wilde weten van het Miyoshi kamp.

Jan van Koeverden en ik

Zo leerde ik Mr. Jan van Koeverden kennen. Ik had nooit verwacht dat er een familielid van de Mr. Jan van Koeverden en ik bemanning van de ‘Op ten Noort’ op het symposium zou zijn. Ik was heel erg verrast. Na het symposium praatten Mr. van Koeverden en ik
over het Miyoshi kamp. Hij toonde mij de lijst van de 42 POW’s die geïnterneerd waren in het Miyoshi kamp, die hij zelf had weten te verkrijgen van het Nationaal Archief in Den Haag. De naam van zijn vader stond op die lijst.

Hij liet me ook enkele door zijn vader gemaakte tekeningen zien van het Miyoshi kamp. Daarna vertelde hij me over zijn vader, wiens naam Mr. Gerrit van Koeverden was. Hij was een arts die werkte in een ziekenhuis op het eiland Sumatra. Maar toen de oorlog uitbrak, werd hij opgeroepen door de Nederlandse marine om op het hospitaalschip ‘Op ten Noort’ te werken. Hij werd vervolgens door de Japanse zeemacht gevangen genomen.
Terwijl zijn vader een gevangene was in Japan, werden Jan van Koeverden en zijn moeder ook geïnterneerd in een kamp in het noorden van Sumatra. Hij moest in het kamp blijven tot het einde van de oorlog. Hij kon dit alles niet vertellen zonder tranen in de ogen te krijgen.
Het was de eerste keer dat ik hoorde dat er burgerkampen op Sumatra waren. Ik wist natuurlijk dat er vele door Japan ingerichte burger-interneringskampen waren op Java. Japan trok toen de oorlog begon Nederlands-Indië binnen en bezette het, en alle Nederlanders die in Nederlands-Indië woonden werden geïnterneerd in kampen, ook vrouwen en kinderen. Maar ik kon me nauwelijks voorstellen dat er ook burger-interneringskampen waren in Sumatra, evenmin als dat er familieleden van de opvarenden van de ‘Op ten Noort’ daar geïnterneerd waren.
Ik was zo geschokt zijn tranen te zien. De tranen vertelden mij hoe hartstochtelijk hij aan zijn vader had gedacht, die een POW was geworden en hoe moeilijk zijn eigen internering was. Ik realiseerde me dat niet alleen zijn vader maar ook hij een oorlogsslachtoffer was.

Aik Pamienke kamp op Sumatra
Nadat ik in Japan terug was begonnen meneer van Koeverden en ik elkaar e-mails uit te wisselen.
Hij wilde veel weten over het Miyoshi interneringskamp waar zijn vader naartoe was gebracht. En hij verzocht ook om informatie over het hospitaalschip, de ‘Op ten Noort’. Eind juni stuurde ik hem een boek met de titel “Kaigun byouinsen wa naza shizumeraretaka” (Waarom het hospitaalschip van de zeemacht werd gezonken) geschreven door Kunitaka Mikami, gepubliceerd in 2001. Hij leek geïnteresseerd in dat boek maar hij kon het niet lezen omdat het helemaal in het Japans was. Hij was alleen blij dat hij foto’s van de ‘Op ten Noort’ zag en een foto van het Miyoshi Interneringskamp gebouw van voor de oorlog. Hij was verbaasd dat de ‘Op ten Noort’ beroemder was in Japan dan in Nederland.
Intussen vroeg ik hem waar in Sumatra hij geïnterneerd was geweest en hoe zijn leven daar was. Ik schaamde me voor mijn onwetendheid over het kamp. Ik had meer moeten weten over de interneringskampen in Sumatra. Hij beantwoordde mijn vragen in de e-mails in juli. Zijn verhalen schenen gebaseerd te zijn op de herinneringen van zijn kindertijd. Die waren als volgt:

Voor de oorlog woonde het gezin van Koeverden in een stad die Wingfoot heette, ongeveer 30 km ten oosten van Rantauprapat in noord-Sumatra. Zijn vader (Mr. Gerrit van Koeverden) werkte als arts in een ziekenhuis. Nadat de oorlog uitbrak op 8 december 1941, moest Gerrit dienst doen bij de Nederlandse marine en werd betrokken bij de oorlog als arts op het hospitaalschip ‘Op ten Noort’.
Op 28 februari 1942 werd de slag in de Javazee uitgevochten, en de Nederlandse marine verloor van de Japanse marine. De bemanning van de ‘Op ten Noort’ werd gevangen genomen, dus ook Gerrit, en naar Japan gestuurd.
Intussen werden Jan van Koeverden en zijn moeder geïnterneerd in het Aik Pamienke kamp, ten noorden van Rantauprapat, dat opgericht werd in oktober 1942.
Na het einde van de oorlog werden Jan en zijn moeder bevrijd uit het Aik Pamienke I kamp door de Engelse troepen. (Aik Pamienke I kamp schijnt te zijn opgericht in april 1945. Ongeveer 1380 vrouwen en kinderen werden bijeengebracht van noord-Sumatra. Deze informatie is afkomstig van de site “Nederlands-Indische kamparchieven”:
https://www.indischekamparchieven.nl/en/search?mivast=963&miadt=968&miahd=798141831&miaet=14&micode=kampen&miview=ika2
Ze werden naar Medan gebracht in september. Jan ging naar een missieschool in Medan toen hij zes jaar was, en na ongeveer een half jaar werden ze naar Singapore overgebracht. In Singapore kwamen ze terecht in een vluchtelingenkamp met de naam ”Wilhelmina kamp”. Hij was toen 7 jaar.
In het Wilhelminakamp werden de Nederlandse ex- gevangenen in twee groepen verdeeld door de Britten. Een groep moest regelrecht naar Holland. De andere groep zou in Nederlands-Indië blijven. Tot hun bestemming werd besloten op grond van of ze een of meer familieleden in Nederlands-Indië hadden die de oorlog hadden overleefd. Zo niet, dan werden ze verplicht om passage te boeken op een schip dat regelrecht naar Holland ging.
Zijn moeder wist echter niet of Gerrit nog leefde, ze wist zelfs niet waar hij tijdens de oorlog verbleef. Ze schreef enkele brieven naar hun beider families in Holland, om inlichtingen te krijgen.
Ze moesten zo lang wachten, omdat de brieven van Singapore naar Holland per boot er een maand over deden, eveneens als het antwoord. Ze moesten op z’n minst een half jaar in het Wilhelminakamp blijven. Eindelijk kwam ze erachter dat Gerrit de oorlog had overleefd en dat hij in Batavia werkte voor de Nederlandse marine. Ze zag kans zijn juiste adres in Batavia te achterhalen. Toen namen ze de eerste vlucht naar Batavia en ze reden dwars door Batavia in een auto van de marine om Gerrit te vinden.
Toen ze bij zijn verblijfplaats aankwamen, was Gerrit net aan z’n middagrust bezig. Jan’s moeder ontmoette Gerrit na 4½ jaar en ze zei tegen Jan: “Dit is je vader”.
Nadat ze 2 jaar in Batavia hadden doorgebracht vertrokken ze naar Nederland op het schip de “Oranje”, en Gerrit kreeg een baan bij de Nederlandse Marine in Den Helder, de belangrijkste marinebasis van Nederland. Gerrit stierf in 1979 op 74-jarige leeftijd. Jan’s moeder stierf in 1996 op 80-jarige leeftijd.
Hoewel zijn verhaal interessant en opwindend was, zei hij niets over zijn interneringstijd op Sumatra. Dat was misschien omdat hij te jong was om zich deze dagen te herinneren, of die waren te miserabel om erover te praten.

De tekeningen van het Miyoshi Interneringskamp.
Eind augustus 2016 stuurde Jan van Koeverden me tien kopieën van prachtige tekeningen die zijn vader in 1944 had gemaakt. In sommige tekeningen schetste hij gebouwen van het Miyosi interneringskamp. In de tekeningen was elk gebouw verbonden met een open gang, de ramen waren breed en heggen en bloembedden omgaven de gebouwen. Ze leken meer op schoolgebouwen dan op POW-barakken.

Kampgebouw
Kamer van geïnterneerden

Sommige schetsen lieten de binnenkant van de kamer van de geïnterneerden zien. Veel eigendommen van de geïnterneerden, zoals kleren, boeken, handdoeken waren in de kamers. Niemand had ooit zulke afbeeldingen gezien. Die tekeningen lieten ons de werkelijkheid van het leven van de geïnterneerden zien.
Een tekening was een schets van de eetkamer. Er is een foto van die kamer, voor de oorlog genomen. Ik vergeleek de foto met de tekening. En ik vond dat de tekening werkelijk correct was en gelijk aan de foto, zelfs tot in details.
Op een tekening stond de ingang van een treintunnel op de achtergrond van het gebouw. Ik kwam er makkelijk achter, dat het de tunnel was van de Sangou Lijn, die tot nu toe gebruikt wordt.
Negen van de tekeningen waren in zwartwit, omdat ze met potlood geschetst waren. Slechts een speciale tekening was getekend met gekleurde inkt. Het was een schets van de “Op ten Noort”. Het rode kruis op de schoorsteen was helderrood geschilderd en een lijn op de scheepsromp was heldergroen geschilderd.
Ik was zeer geroerd door die tekeningen. Het waren geen originele tekeningen maar kopieën. Jan maakte uitstekende kopieën in Nederland. Ik geloof dat ze net zo mooi waren als de originelen.
Ik was ervan overtuigd dat deze tekeningen zeer waardevol waren. Jan schreef in de brief die bij de tekeningen zat : “Ik ben alleen geïnteresserd in wat je gaat doen met mijn tekeningen”.
Ik dacht dat die tekeningen in een museum opgeslagen moesten worden. Een set kopieën is geeigend om in het NIOD in Amsterdam opgeslagen te worden. De andere set kopieën zou in Myoshi opgelagen moeten worden. Als er geen goed museum in Miyoshi was, dan zou de bibliotheek in Miyoshi ze op moeten slaan. De tekeningen zouden belangrijke documenten zijn van de locale geschiedenis.
Jan was zeer geïnteresserd in Miyoshi, waar zijn vader drie jaar geïnterneerd zat. Ik dacht dat Jan naar Japan zou moeten komen om Miyoshi te bezoeken. Als hij Miyoshi kon bezoeken en
de kopieën van de tekeningen aan een museum of aan een bibliotheek kon geven, dan zouden ze de tekeningen in ontvangst nemen.
Toen raadde ik hem aan om een aanvraag in te dienen bij het uitnodigingsprogramma dat de Japanse regering uitvoerde. Met dat programma werd een aantal Nederlandse ex-POW’s of geïnterneerden uitgenodigd, die door Japan waren geïnterneerd tijdens de 2e wereldoorlog. Elk jaar wordt een groep van ongeveer 15 ex-POW’s uitgenodiged. Hij kon zich aanmelden omdat hij zijn kindertijd in een interneringskamp in Sumatra doorbracht.
Hij raakte geïnteresseerd in dat programma en begon zelf informatie in te winnen. Maar hij zag uiteindelijk van de aanvraag af omdat er zoveel anvragers waren; ook was hij bezorgd over zijn gezondheid en Miyoshi was niet in het programma opgenomen.
Eind 2016 besloot hij naar Japan te komen met zijn zoon, op eigen kosten. Ik was zo blij om zijn besluit te vernemen via e-mail. Ik begon hem een welkom voor te bereiden met een zekere spanning. Ik vroeg Mr. Yonemaru, een plaatselijke geschiedkundige die veel wist over het Miyoshi kamp, om onze gids te zijn in de stad Miyoshi. En ik vroeg Mevrouw Tamura, een lid van het POW Research Network Japan, en goed in Engels, om onze tolk te zijn.
Echter, in maart 2017, kreeg ik een e-mail van Jan waarin stond dat hij niet in staat was naar Japan te komen, omdat zijn gezondheid achteruit ging. Ik vond het echt heel erg jammer om dat te horen.

De reis naar Miyoshi
Ik was zo teleurgesteld te horen dat Jan niet naar Japan kon komen. Ik dacht dat ik tenminste naar Miyoshi zou kunnen gaan om zijn tekeningen af te geven. En als ik naar Miyoshi kon gaan zou ik ook hem kunnen laten weten wat voor soort plaats Miyoshi tegenwoordig is. Dus ik schreef een brief naar de directeur van de Miyoshi Stadsbibliotheek en prees de waarde en betekenis aan van de tekeningen voor de lokale geschiedenis van Miyoshi. Ik vroeg de directeur ook om niet alleen de tekeningen een plek te geven maar ook om ze tentoon te stellen.
Gelukkig kreeg ik antwoord dat de bibliotheek de tekeningen wilde ontvangen.
Ik vroeg Jan om ”Toestemming voor Publicatie” van de tekeningen. Die gaf hij al gauw en stuurde die per post.
Ik ging naar de stad Miyoshi in de Hiroshima Prefecture om de tekeningen af te geven samen met de “Toestemming voor Publicatie”, van 31 mei tot 1 juni 2017.
In de middag van 31 Mei kwam ik op Het station van Miyoshi aan. Mr.Yoshikazu Yonemaru, een plaatselijke geschiedkundige, verwelkomde mij. Hij leidde mij twee dagen lang rond in de stad Miyoshi in zijn auto. Eerst bezochten we de Miyoshi Stadsbibliotheek en gaven de tekeningen en de toestemming aan de directeur, Ms. Nanae Arimitsu. Ze riep de pers en ik werd geïnterviewd door de Chugoku Newspaper.

Voor de Miyoshi Bibliotheek met Mr. Yonemaru en Ms. Arimitsu

Daarna gingen Mr.Yonemaru en ik de stad door om het Arase Ziekenhuis te bezoeken. Miyoshi was een prachtige kleine kasteelstad. Arase Ziekenhuis was honderd jaar geleden daar gevestigd. En in de oorlog voerde dokter Hidetoshi Arase een operatie uit op een van de Nederlandse geïnterneerden, een verpleegster. Dr. Arase redde haar leven.
We ontmoetten dokter Toshikata Arase, een kleinzoon van Hitoshi en we praatten over Nederlandse geïnterneerden in Miyoshi.
De volgende ochtend bezochten we de Aikou Preschool, een voormalig interneringskamp. Die Preschool was gesticht in 1938. Toen de oorlog begon werd het preschool gebouw overgenomen door de politie en werd gebruikt als een interneringskamp voor vijandelijke vreemdelingen. Vanaf december 1942 werden de bemanningsleden van de ‘Op ten Noord’ daar gehuisvest. 42 Nederlanders, waaronder Jan’s vader en 2 Indonesiërs werden er geïnterneerd. Internering van vijandelijke burgers was een geheim, dus Nederlandse bemanningen werden geïsoleerd van de wereld en bleven daar 2 jaar en 9 maanden tot ze werden bevrijd in september 1945.
Nu het preschoolgebouw is gereconstrueerd speelden vele kinderen daar. We ontmoetten Ms. Mineko Izumi, de directeur van de preschool. Ze leidde ons door het gebouw. Vanuit de bovenverdieping konden we bergen zien en een spoorbrug. Deze zagen er net zo uit als op de tekeningen die Jan’s vader had gemaakt. Jan vroeg me per e-mail: “Als er een gedenkplaats is van het kamp, of een andere geschikte plek ergens in Miyoshi, wil je daar dan een tulp neerleggen ter herinnering aan mijn vader”. Ik probeerde tulpen te krijgen, maar het was buiten het seizoen, dus ik kocht tulpenbollen en gaf ze aan Ms. Izumi. Ik hoop dat ze volgend voorjaar bloeien.
Diezelfde ochtend al stond in de Chugoku Newspaper het artikel met de kop “De schets van het Miyoshi Interneringskamp”. En de Miyoshi-Stadsbibliotheek begon met het tentoonstellen van de tekeningen van het Miyoshikamp op 6 juni. Daardoor kregen veel mensen van binnen en buiten Miyoshi die tekeningen te zien.
Een journalist van het hoofdkantoor van Asahi Newspaper Osaka, Mr Kado, interviewde ons ook. En op 24 juni stond in de Asahi Newspaper een groot artikel over het Miyoshi Interneringskamp, met de tekeningen. Miyoshi Interneringskamp leek een beetje beroemd te zijn geworden in het Kansai gebied.

Jan verscheen in NKH
Ik bracht de missie die net een jaar geleden begon tot een einde. Ik rapporteerde de details van de reis naar Myoshi aan Jan. Hij schreef me “ De tekeningen hebben een perfecte bestemming gevonden”, waarna ik me opgelucht voelde. Maar het was niet het einde van het verhaal betreffende het Miyoshi interneringskamp.
Begin juli 2017 kreeg ik een telefoontje van de directeur van NHK TV, Mr. Terashima. Tot mijn verrassing vroeg hij me om een interview met Jan te arrangeren. Dit was omdat NHK TV een televisieuitzending wilde maken over de ‘Op ten Noort’, die tot zinken werd gebracht in augustus 1945, direct na het einde van de oorlog. Het was heel toevallig. Ze hadden de romp van de ‘Op ten Noort’, die in volle zee bij Tango eiland was gezonken, gevonden en gefilmd. Mr. Terashima was zeer geïnteresserd in het Miyoshi kamp, waar de bemanning van de ‘Op ten Noort’ was geïnterneerd. Hij las zelfs het artikel over het Miyoshi kamp in de Asahi Newspaper, geschreven door Mr. Kado.
NKH was de grootste omroep organisatie in Japan. Dat was echt een grote kans. Ik stelde Jan voor om een interview bij NHK te accepteren.
Op 5 augustus bezochten drie NHK stafleden Jan in zijn huis in Diemen bij Amsterdam en vriendelijk accepteerde hij het interview. Daarna stuurde Jan me een e-mail waarin stond: “Het interview was heel interessant voor mij. Ik ben nog nooit geinterviewd voor TV door zo’n grote organisatie als NHK”. Hij leek echt uit te kijken naar zijn verschijnen op TV.
Dat programma werd uitgezonden op 25 augustus. Maar jammer genoeg kon Jan het niet zien. Zelfs ik kon het niet zien omdat het in een beperkt gebied werd uitgezonden. We moesten wachter op de DVD die ons door Mr. Terashima zou worden toegestuurd.
Op 1 september werd de DVD naar mij gestuurd en ik bekeek die meteen. Op TV zag hij er aardig uit en leek goed gezond. In het interview praatte hij vurig over de rechten die hospitaalschepen hadden volgens de internationale wet. Er was een scene in close-up van zijn vader’s foto op de identificatiekaart van de Nederlandse marine. In een andere scene liet hij de tekening van zijn vader zien van het kampgebouw. En hij verklaarde dat zijn vader vroeg, na afloop van de oorlog, waar de ‘Op ten Noort’ was. Maar de Japanse regering vertelde de waarheid niet.
Natuurlijk was de oorlog verschrikkelijk. Nu weten jonge mensen niet hoe de oorlog werkelijk was en bijna geen enkele Japanner weet van de geschiedenis van de ‘Op ten Noort’ . Dus dit TV programma was goed voor elke Japanner. Ik was blij dat het op de televiesie was gekomen.
Ik e-mailde mijn impressie van de DVD. Maar hoe lang ik ook wachtte, er kwam geen antwoord.

Op de 25ste september kreeg ik een brief van de vrouw van Jan, Mevr. Ekie van Koeverden. Ze schreef dat Jan was overleden aan een hartaanval op 4 september. Hij was geboren in augustus 1938 dus was hij 79 jaar oud.
Het was zo’n droevig en spijtig bericht.

Ik heb Jan slechts een keer ontmoet, op 3 juni 2016, maar we schreven elkaar meer dan 40 e-mails.
Ik heb de tekeningen van zijn vader naar Miyoshi gebracht. De tekeningen werden opgeborgen in de Bibliotheek. Een jaar geleden was hij bang dat hij dood zou gaan voor hij de tekeningen aan iemand kon geven. Als hij de tekeningen aan iemand gaf, moest die persoon de waarde van de tekeningen kennen.
Nu zijn de originele tekeningen opgeborgen in het NIOD in Amsterdam, en goede kopieën zijn in Miyoshi opgeborgen. Hij zei: “De tekeningen hebben een perfecte bestemming gekregen”. Misschien was hij tevreden.
En de tekeningen werden tentoongesteld in de bibliotheek en gepubliceerd in de kranten. Daardoor hebben veel Japanners de kans gekregen om de POW’s en de oorlog te kennen,.
Bovendien leidde het tot Jan’s TV interview, en hij deed een beroep op de onwettigheid van het “Op ten Noort” incident tegen de internationale wetten in oorlogstijd.
Alles kwam wonderlijk voort uit slechts een kleine ontmoeting in het NIOD.

Het resterende onderwerp
Dhr. Jan van Koeverden was geïnterneerd in een kamp toen hij een klein kind was. Hij had een heel moeilijke tijd tot hij weer bij zijn familie kon wonen na de oorlog. Bijna alle Nederlanders die in Nederlands-Indië woonden hadden dezelfde ervaringen. Maar de meeste Japanners weten dit niet, ook al was het een gevolg van de Japanse invasie. Ik denk dat het niet eerlijk is. Ik kan geen ervaringen meer horen van Jan. Maar ik zal doorgaan met research over het interneringskamp in Sumatra en ik wil de bevindingen op een of andere manier publiceren.
December 30, 2017

Een gedachte over “Een vriendschap met Mr. Jan van Koeverden, betreffende het Miyoshi Interneringskamp Mayumi Komiya (POW Research Network Japan)”

  1. Dit verhaal heb ik met grote interesse gelezen vooral ook omdat mijn tante Til Heil-Zuur in Myoshi gevangen heeft gezeten. Ze was hulpverpleegster eerst op het hospitaalschip de Oranje en vanaf 1943 op de Op ten Noort. Van de Oranje heeft ze een dagboek bijgehouden dat ik enkele maanden geleden aan het Scheepvaartmuseum heb geschonken. Maar over Myoshi heeft ze maar weinig verteld. En dat ik nu tekeningen zag van het kamp was heel bijzonder. Ik kan u uiteraard nog meer vertellen over mijn tante als dat nuttig voor u is. Zelf ben ik erg benieuwd naar afbeeldingen van de andere tekeningen, dus als er een mogelijkheid is die te zien te krijgen, houd ik me zeer aanbevolen.
    In afwachting van uw antwoord,
    Guido Zuur
    0162 470177

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.